In fase A zijn voor de opleidingen in het cluster acute zorg opleidingen flexibiliseringsmogelijkheden bedacht. In fase B worden deze flexibiliseringmogelijkheden benut in het bouwen van nieuwe leerroutes, door theorie- en praktijkopleiders.
De volgende mogelijkheden zijn bedacht:
Brede basis cluster Acute zorg
In dit cluster wordt een Basis Acute zorg (BAZ) geïntroduceerd. Dit is de gemeenschappelijke deler die iedereen binnen de verpleegkundige vervolgopleidingen acute zorg (volwassenen) moet halen. De Basis Acute Zorg wordt erkend als los opleidingsdeel en is voorwaardelijk voor een diploma voor één van de uitstroomprofielen (verpleegkundige vervolgopleiding/ specialisatie). Deze brede basis is meer dan de (generieke) module die veel opleidingsinstellingen al hebben en waarvoor de student bij doorstroom naar een andere vervolgopleiding vrijstelling voor het theorie-onderwijs kan krijgen. De nieuwe brede basis van de Acute Zorgopleidingen omvat ook EPA’s.
Doelmatig en versneld opleiden
De specialistische vervolgopleidingen in het nieuwe stelsel bestaan uit de basis- en kern EPA’s, die kenmerkend zijn voor het specialisme en op iedere afdeling voorkomen. De basis- en kern EPA’s moeten door iedereen behaald worden en zullen leiden tot een CZO-diploma. Voor een aantal acute zorgafdelingen zal dit niveau niet toereikend zijn en zullen de specifieke EPA’s een noodzakelijke aanvulling zijn. De professionele activiteiten die niet iedereen uitvoert en waar vaak externe stages voor nodig waren, worden als specifieke EPA’s aangeboden. Vanuit de idee dat (aanvullende) specifieke EPA’s pas worden behaald wanneer deze zorg op de eigen werkplek plaatsvindt. Zoals wanneer een individuele verpleegkundige van ziekenhuis A naar ziekenhuis B gaat of wanneer een combinatie-afdeling ontstaat. Hierdoor is zowel verdieping mogelijk (bijv. een IC-verpleegkundige die traumazorg of transplantatiezorg gaat doen) als verbreding (bijvoorbeeld een IC-verpleegkundige die kern EPA’s van de CCU erbij doet in het geval van een combifunctie). Deze specifieke EPA’s worden apart gecertificeerd.
Individuele verschillen
Studenten kunnen sneller of langzamer bekwaam worden in EPA’s, waardoor een opleidingstraject korter of langer kan worden. Dat kan liggen aan hun capaciteiten en inzet, maar ook aan klinische ervaringen die zij kunnen opdoen en is mede afhankelijk van de context waarin ze opgeleid worden. Binnen de EPA wordt in de kolom ‘Fase en Niveau’ een indicatie gegeven in welk tijdspad een student gemiddeld een EPA kan worden toevertrouwd.
Leren en vervolg-opleiden in de acute zorg gaat écht veranderen. Studenten krijgen straks een brede acute basis, waarna ze kunnen specialiseren naar bijvoorbeeld een IC of SEH. Later weer overstappen betekent dat je de acute brede basis al hebt behaald en alleen nog het specialistische deel hoeft te behalen: EPA’s gericht op de specialisatie én de instelling waar je werkt
Marjan Roelevink, clusterleider acute zorg opleidingen fase A
Optimaliseren in- en doorstroom
In het cluster acute zorg opleidingen wordt de in- en doorstroom als volgt geoptimaliseerd.
1. Instroom acute sector en aansluiting MBO-V/HBO-V, BMH
- Mede door de arbeidsmarkttekorten worden de criteria voor instroom bijgesteld en ontstaan nieuwe opleidingen. Voorheen was 1 à 2 jaar werkervaring als verpleegkundige een eis voor instroom in de vervolgopleidingen, terwijl nu steeds vaker net-afgestudeerde verpleegkundigen op een acute zorgafdeling met de opleiding starten. De EPA’s zijn gericht op de instroom van MBO-V/ HBO-V.
- De opleidingen in het cluster acute zorg opleidingen zijn verpleegkundige vervolgopleidingen. Zij lijken echter ook grotendeels geschikt voor bijvoorbeeld BMH-ers. De uitstroom is in EPA’s gedefinieerd, die makkelijk vergeleken kunnen worden met EPA’s van de BMH en eventueel MOO. Om hen op termijn ook te laten instromen, zullen werkgevers zich moeten uitspreken voor de inzet van andere zorgprofessionals dan verpleegkundigen in de acute zorg, moeten de instroomeisen worden aangepast en zo nodig moeten opleidingsinstellingen schakelprogramma’s realiseren.
2. In- en doorstroom binnen de acute zorg opleidingen (volwassenen) door:
- Brede basis met uitstroomprofielen. De EPA’s (Basis Acute Zorg) vormen de gemeenschappelijke basis voor alle specialisaties binnen de acute zorg opleidingen. Overstap naar een andere opleiding wordt vergemakkelijkt doordat een brede basis niet opnieuw gedaan hoeft te worden. Het betreft EPA’s die na een korte inwerkperiode uit te voeren zijn in de context van de nieuwe functie.
- EPA’s van vervolgopleidingen acute zorg die elkaar overlapping zijn inzichtelijk gemaakt en in samenhang met elkaar ontwikkeld. EPA’s zijn grotendeels toepasbaar in de nieuwe specialisatie, maar vergen aanvullende kennis en/of vaardigheden die specifiek zijn voor de betreffende specialisatie bijvoorbeeld over apparatuur en patiëntencategorieën. Dit vereist waar nodig aanvullende scholing en opnieuw bekwaam verklaren.
3. In- en doorstroom van acute sector (volwassene) naar HC Kind/ IC Kind/ AM
Naast de doorstroom binnen Acute Zorg Opleidingen zien we ook in- en uitstroom van en naar ICK/ICN en het operatiecentrum (anesthesiemedewerker). Bij deze EPA’s is sprake van overlapping in theorie en praktijk. Op basis van de beschreven EPA’s wordt inzichtelijk gemaakt op welke wijze de student de EPA’s sneller toevertrouwd kan krijgen. Wat betreft de instroom vanuit de anesthesie is op dit moment alleen instroom mogelijk voor anesthesieverpleegkundigen (Wet Big).